Een van de sluipende bedreigingen voor de biodiversiteit in Nederland is nivellering. Dit betreft het proces dat natuurrijke plekken steeds meer op elkaar gaan lijken en als gevolg daarvan ook steeds meer aan dezelfde soorten ruimte bieden. Doordat plekken elkaar steeds minder aanvullen, neemt de totale biodiversiteit van alle plekken samen steeds verder af (zelfs als de diversiteit per locatie wellicht even groot blijft of zelfs groeit). Om nivellering tegen te gaan is het cruciaal om bij inrichting en beheer niet overal dezelfde opzet toe te passen, maar juist locatiespecifieke keuzes te maken en daarbij optimaal gebruik te maken van lokale kansen. Het herkennen van die kansen is specialistenwerk. Bij partner Ecologica wordt hier op tal van manieren handen en voeten aan gegeven. Eén ervan betreft de natuurwaardescan.
Een interessant voorbeeldproject betreft de wadi-natuurwaardescan voor de gemeente Maasgouw in 2024. Ecologica heeft in dat project 16 wadi’s en bergingsvijvers beoordeeld op natuurwaarden, kansen en knelpunten. De locaties zijn tweemaal kort bezocht (gemiddeld een uurtje per bezoek); in het voorjaar en in de zomer. Daarbij is de locatie landschappelijk beschreven en zijn sterke en zwakke punten geïdentificeerd. Om de sterke en zwakke punten te kunnen onderbouwen is opportunistisch gezocht naar aanwezige flora en fauna. Voor wat betreft de oeverfauna is daarbij relatief veel aandacht uitgegaan naar bloembezoekers (dagvlinders, zweefvliegen en wilde bijen). Voor wat betreft de aquatische fauna is vooral gekeken naar amfibieën, watervogels, libellen, waterkevers en waterwantsen. Binnen dit project bleken in de praktijk op de oevers veelal de wilde bijen het meest informatief en in het water de waterkevers en libellen, maar elders kan dat anders uitpakken.
Interessant aan dit project is met name dat niet getracht is om de wadi’s zo compleet mogelijk te inventariseren. Centraal stond de beknopte landschappelijke analyse. De vastgestelde flora en fauna had hier een ondersteunende rol en werd ingezet om aanwezigheid van bijzondere waarden te tonen en het belang van bepaalde elementen en situaties te illustreren.
Ondanks het gegeven dat de ondergrond op de verschillende locaties gelijkaardig was (löss) en ook de waterkwaliteit op veel locaties overeenkomsten vertoonden, konden met onze werkwijze toch allerlei lokale verschillen aan het licht gebracht worden die de plekken uniek maakten en die aanknopingspunten boden voor inrichting en beheer om die verschillen te accentueren en zo de bijdrage aan de regionale biodiversiteit te maximaliseren.
Terloops werden behoorlijk veel diersoorten vastgesteld, ondanks dat dit geen hoofddoel was: in totaal maar liefst 279. Er werden 19 soorten vastgesteld die opgenomen staan op een Rode Lijst van bedreigde soorten. Eén waarneming betrof de tweede vondst ooit in Nederland van een wilde bijensoort en één betrof een herontdekking voor Oost-Nederland van een waterroofkever.
Deze resultaten laten zien dat op allerlei plekken kansen kunnen liggen om biodiversiteit te ondersteunen van zelfs bovenregionale betekenis (ook op plekken waar natuur slechts een nevenfunctie is) en dat op zijn minst een deel al met geringe inspanning aan het licht te brengen is.
Wilt u meer weten of heeft u een vraag mail gerust naar: info@ecologica.eu
Delen: